Zoals gezegd was ik niet de enige die debet was aan de bloederige toestand: ook poes Lola bloedde, maar dan bij het plassen. En zo zat ik zaterdag plots bij de dierenkliniek.
Bloederige kattenbak
Terwijl het toilet hier bij elke stoelgang roder kleurde, ontwaarde plots een rode klonter in de kattenbak. Kan een keer gebeuren. Toch maar met de dierenarts gebeld: “Kom maandag maar langs, morgen zijn we gesloten”. Vervolgens ga je de poes extra observeren. En wat bleek: ze liep van de ene bak naar de andere, deed er lang over om er vervolgens alleen wat bloed uit te persen.
Zaterdag konden we het niet meer aanzien en belden met de spoedkliniek in Barendrecht: “Ik zie dat Lola’s eigen dierenartsenpraktijk open is”. Inderdaad, volgens de website gewoon open op zaterdag. Daar weer naartoe gebeld. Na een half uur in de wachtrij (‘U bent de laatst wachtende’) toch ook maar gebeld naar de dierenspeciaalzaak waar de kliniek gehuisvest is: “Nee hoor, alleen de eerste zaterdag van de maand geopend”.

Meteen weer naar Barendrecht gebeld voordat ze gingen sluiten en we konden gelukkig nog komen met Lola. Ondertussen hadden we al wat urine opgevangen, maar het leek meer bloed dan wat anders.
Lola ging wijdbeens, dus met drang en dwang de reismand in en begeleid door poezensirene op weg naar Barendrecht. Keurig geregeld daar: honden van katten gescheiden en een kast voor poezenreismanden waardoor Lola meteen rustig werd.
Bonjour!
De dierenarts bleek een ontzettend lieve Française te zijn. Het buisje bloed hadden we niks aan. En de diagnose – zo zei ze – zou hoogstwaarschijnlijk óf een blaasontsteking zijn, óf blaasgruis. En in het laatste geval moesten we hopen op type struiven in plaats van oxalaat. Want in het laatste geval zou het ook nog eens een grote klonter kunnen zijn die niet door aangepast voer kon worden weggewerkt. Dan zou een operatie nodig zijn.
Het duizelde me. En ze vervolgde met de mededeling dat ik hoe dan ook maandag voor verder onderzoek naar Lola’s eigen dierenarts moest om het laatste uit te sluiten want er was geen echo-apparaat beschikbaar.
Lang verhaal kort: er was wel een klein apparaatje waarmee in de blaas kon worden gekeken. Aldus geschiedde in de kamer ernaast. Ik hoorde Lola miauwen door het systeemwandje heen.
We hebben al een aantal poezen gehad, waaronder de zwaar gestoorde Truus, maar ik had nooit kunnen bevroeden dat ik zó aan een poes gehecht zou raken als aan Lola.
Back to business: er bleek gruis in haar blaas te zitten. Dus het was ‘helaas’ geen blaasontsteking op zich. Dit was al zeker: de rest van haar leven aangepast voer en geen verwennerij meer tussendoor. Lola kreeg een pijnstillende & ontstekingsremmende injectie. Baasje kreeg een vloeibare ontstekingsremmer mee + een eerste zak speciaal voer.
Morgen kijken of we terecht kunnen bij een dierenarts die hier om de hoek zit en ook meerdere filialen heeft in de stad. En dan moet verder onderzoek uitwijzen welk type blaasgruis het is en of het voer voldoende is om de bloederige toestanden in de toekomst te voorkomen.
blaasgruisblaasontstekingcatdierenartskattinLolapoes
Reageren?