Het wordt in Provinciale Staten (en voor de media) vaak pas interessant als het CDA een beetje tegendraads wordt. Ik publiceer hier niet vaak schriftelijke vragen van die partij, maar nu zie ik ze als steun in de rug voor natuur en milieu én voor ons betoog dat het afgelopen moet zijn met het niet-ontvankelijk verklaren van niet-welgevallige milieuclubs.
Hieronder dus integraal de CDA-vragen:
Geacht College,
Heden, woensdag 29 oktober jl, berichtte Brabants Dagblad over de wrevel die is ontstaan
bij Brabantse natuur- en milieuorganisaties omdat natuurbeschermingsorganisatie
Altenatuur juridisch buiten spel gezet zou zijn in een milieuprocedure tegen een veehouderij
met 16.000 varkens bij Eethen (gemeente Aalburg).GS zouden van mening zijn dat Altenatuur op grond van zijn statuten geen direct belang
heeft bij de mega-veehouderij. In de milieuprocedure zou Altenatuur daarom de
ontvankelijkheidstoets niet hebben doorstaan.1.
Geeft onze samenvatting van het gedeelte uit het bericht in Brabants Dagblad van
29 oktober uw opvattingen correct weer, m.a.w. hebben GS inderdaad uitsluitend op grond van
de statuten de nbo Altenatuur niet ontvankelijk verklaard in de bovenbedoelde
milieuprocedure?2.
Is het GS bekend dat:
– Altenatura met ruim 300 leden (en draagvlak in de samenleving), gehuisvest in
Verenigingsgebouw Fort Giessen, zich al meer dan 25 jaar binnen het Land van Heusden en
Altena intensief bezighoudt met natuur en milieu in de ruimste zin, beheerplannen ontwerpt
voor natuurgebieden, bestemmingsplannen (buitengebied) bestudeert en begeleidt?
– de vereniging publiceert over natuur- en landschapsbeleid zoals Ruimte voor de Rivier, de
Nieuwe Hollandse Waterlinie, Landgoederen, de Flora- en Faunawet of over milieuzaken
(w.o. de oppervlaktewater-kwaliteit en bestrijdingsmiddelen)?
– de vereniging diverse activiteiten organiseert die open staan voor iedereen: zoals
lezingen, excursies, cursussen en beheerswerkzaamheden als het knotten van wilgen?
– Altenatuur o.a. de gebieden de Wijde Alm en de Struikwaard onder zijn beheer heeft?Tijdens de commissie-RM-vergadering van 24 oktober jl zijn statenvragen behandeld inzake
de “ontvankelijkheidskwestie”. GS antwoordden toen : “Volgens de wet is de beoordeling van de
ontvankelijkheid in een bezwaarprocedure in de eerste plaats een taak voor het bestuursorgaan. Eén
van de toetselementen bij de ontvankelijkheid is de vraag of de bezwaarmaker beschouwd moet
worden als belanghebbende op basis van de statutaire doelstellingen en de feitelijke werkzaamheden
in het bijzonder (art. 1:2 lid 3 AWB). Dit wettelijk criterium is door de Afd. Bestuursrechtspraak van de
Raad van State recent nader uitgewerkt…”.3.
Met in achtneming van dit wettelijk criterium, kunnen GS aangeven welke “staat van dienst”
je als Brabantse natuur- en milieu-organisatie moet hebben om partij te kunnen zijn in een
milieuprocedure in de directe leefomgeving?4.
Hoe beoordelen GS de statuten van Altenatuur, in relatie tot het criterium dat zij “zowel in
functioneel als in territoriaal opzicht, niet zo veelomvattend zijn dat zij niet meer
onderscheidend zijn in het getroffen belang”?5.
Deelt u de zorg van het CDA dat juist Brabantse lokale en regionale milieugroeperingen
ontmoedigd kunnen worden wanneer de provincie hen niet-ontvankelijk verklaart, ondanks
hun authentieke en integere intenties?6.
Bent u bereid in het door de heer Van Rijen in Brabants Dagblad aangekondigde gesprek
met gedeputeerde Hoes navraag te doen naar de nadere onderbouwing van de uitspraak
van de BMF dat “de belangstelling voor natuur en milieu bij het provinciebestuur aan het
wegzakken is” ?
Zo nee, waarom niet?
Zo ja, wilt u provinciale staten op de hoogte stellen van deze onderbouwing?
Ik ben in elk geval blij dat het CDA ervoor wil waken (zo lijkt het toch) dat de Gedeputeerde van Ecologie (Onno Hoes) niet te fanatiek ecologie verwart met economie.
AltenatuurCDALand van Heusden en AltenamilieumilieuclubsnatuurOnno HoesRaad van State
Reageren?