Vandaag heb ik de laatste adressen bij elkaar gezocht voor de uitnodigingen voor het symposium van volgende week woensdag. Daarvoor belde ik onder andere met gemeenten en politiekorpsen. Sommigen moesten lang nadenken…
Ik vroeg bij de politiekorpsen naar de beleidsmedewerker diversiteitsbeleid. Het corps Brabant Noord heeft zo iemand. Bij West- en Midden Brabant moest er behoorlijk heen en weer gebeld worden, maar er was een medewerker belast met diversiteitsbeleid. Bij het korps Zuidoost Brabant was geen beleidsmedewerker belast (nou ja ‘belast’) met diversiteitsbeleid. Wel leuk om zo wat mensen aan het nadenken te zetten. “Integriteitsbeleid, nee daar hebben we geen beleidsmedewerker voor”. “Integriteitsbeleid? Diversiteitsbeleid, mijnheer!” Zo houd je elkaar lekker bezig, niet waar?
Hetzelfde geldt voor gemeenten. Ik wist de namen van de beleidsambtenaren met homo-emancipatie als aandachtsgebied van de gemeenten ‘s-Hertogenbosch en Oss. Ik belde vervolgens met de gemeenten Tilburg, Eindhoven en Breda, in de veronderstelling dat die niet met de oren gingen klapperen bij de vraag.
De telefoniste in Breda dacht aanvankelijk dat het een lastige klus was, maar tot haar vreugde wist ze in een halve minuut wie ik moest hebben. In Tilburg werd ik maar één keer doorverbonden, maar toen wist ik ook wie ik uit moest nodigen. Eindhoven was leuker (voor mij). Na twee keer te zijn doorverbonden kreeg ik de bewuste ambtenaar aan de lijn en die vertelde dat er een convenant met COC Eindhoven afgesloten was, maar dat er geen homo-emancipatiebeleid gold in de gemeente.
Zoiets doet bij mij meteen wat bellen rinkelen en dan moet ik even doorvragen, terwijl ik eigenlijk alle gegevens die ik nodig had al wist. Ik vroeg “Als er een convenant afgesloten is, zal er toch ook wel specifiek beleid gevoerd worden?” Het antwoord was in eerste instantie dat de gemeente het COC subsidiëerde om haar taken goed uit te voeren. Na wat doorvragen (want dat noem ik geen beleid) bleek dat het COC door de subsidie enkele taken kon uitvoeren die met de gemeente waren overeengekomen. Althans zo begreep ik het.
Als broekie was ik voorzitter van het Osse COC en in die hoedanigheid hebben we indertijd veel werk gestoken in het schrijven van een homonota. Dat was in de jaren tachtig nogal in de mode. Zo´n nota werd dan met veel tam tam aan het gemeentebestuur aangeboden die daar dan haar voordeel mee deed. Zo ook in Oss. Die gemeente was de eerste in Noord-Brabant met een homo-emancipatiebeleid. Zoals Oss overigens ook de eerste gemeente was die het huwelijksregister openstelde voor paren van gelijk geslacht. Een ´koplopergemeente´ avant la lettre dus.
Maar goed, ik weet er wel wat van, en word dan geprikkeld om er iets van te zeggen als het COC als schaamlap voor het ontbreken van een specifiek homo-emancipatiebeleid wordt gebruikt. Er is niets mis met het subsidièren van een homobelangenorganisatie, maarhet ontslaat de overheid niet van de morele plicht zelf ook het nodige te doen.
's-HertogenboschBredaDen BoschdiversiteitsbeleidEindhovenhomo-emancipatieLHBTOsspolitie Brabant Noordpolitie Midden- en West-BrabantPolitie Zuidoost BrabantTilburg
Reageren?