Twee teckels – of beter: de eigenaars – bederven de sfeer op een terras in Het Park. of ben ik hier de zeikerd?
De teckels komen
Met man en moeder zet ik me aan een tafeltje bij Parqiet, ons favoriete koffietentje in Het Park als een oudere heer en een jonge vrouw aan het tafeltje naast ons plaats nemen. Haar teckels Pablo en James waren hen al dartelend voorgegaan.
Terwijl beiden een plasje pleegden tegen een terrasstoeltje, en Pablo er nog een derde overheen deed, was een gesprek al ras onmogelijk door het gekwetter van de teckelbezitster. Ze sprak luid en aan één stuk door. Slechts onderbroken door een afwisselend smekend “Pablo?” of “James?”, gevolgd door een amechtige poging iets gedaan te krijgen van haar teckels.
De kortpotigen volgden geen enkele smeekbede op en werden dus niet rustig, kwamen niet en bleven blaffen en bleven rennen. Alleen met een hondensnoepje wist ze de aandacht van het prinselijk paar enige seconden te trekken.
Plots slaakte mijn moeder een kreet toen James tussen haar benen rausde. Wat de oudere man de opmerking deed maken: “Dat doe ik ook wel eens, maar nu niet hoor!”. Een ongepaste poging om grappig uit de hoek te komen.
De beesten bleven maar onder onze tafel doorrennen, al doende onze tolerantiegrens verder oprekkend.
Totdat Pablo zijn achterpootje ophief tegen de stoelpoot waar moeders handtas hing en ook daar een ferme zeikstraal liet landen. De maat was vol, manlief verhief zijn stem en vroeg op dwingende toon of ze haar honden wilde aanlijnen aangezien ze haar ‘commando’s’ toch maar negeerden.
Haar antwoord was even ontluisterend als tergend:
Doe niet zo chagrijnig!
Toen was ook mijn laatste restje tolerantie verdwenen – er knapte een adertje in mijn bovenkamer. Of ze het prettig zou vinden als ik tegen háár stoel ging zeiken? “Moet je vooral doen als je het niet kan laten”, antwoordde ze.
Het was helder: Pablo en James waren heilig en het baasje had geen enkel gezag over haar twee teckels. Was ze tegen Pablo en James maar zo ferm als tegen ons.
We hadden genoeg van het gezeik en vertrokken huiswaarts.
gezeikhondenhuisdierenparkteckelsZKV
Ton de Coster
20 september 2020Ik leef diepgevoeld met jullie mede. He5t is hemeltergend! Voor zulke gevallen zou men een fles water bij zich moeten hebben, of liever nog een waterpistool…
“Moeders'” handtas moet zijn: “moeders handtas”. Moeders is immers de genitief (de tweede naamval, die bezit aanduidt) van “moeder”. En uiteraard is het ook het meervoud van ‘”moeder”.
Het is mij een gruwel als mensen “moeders” zeggen als ze gewoon “moeder” bedoelen. Net zo’n gruwel als het beeldend beschreven teckelgezeik.