Naar de markt voor kleding en meer werk: even wat bijpraten over de dagelijkse beslommeringen.
Mijn werkzaamheden zijn verdeeld in tweeën: de ochtenden werk ik bij Star Kampuchea (SK) aan een advies over het strategisch plan en over de verantwoording. En alhoewel Phnom Penh landmijn-vrij is, ligt hier nog wel een cultureel mijnenveld.
De middagen gebruik ik voor advieswerk – indien zich dat aandient – voor de hiv/MSM/TG-groepen. De foto hierboven is het park aan de voet van de Wat Phnom, ’s nachts de werkplek van de sekswerkers. Maar nu even niet, zoals ik een paar dagen geleden meldde.
Star Kampuchea
Maar terug naar SK. Deze week kreeg ik het verzoek van een Duitse vrijwilligster om mee te denken over de nieuwe webstek. De oude is ook echt oud, want wordt gewoon niet bijgehouden. Nu is één van de eerste dingen die je je afvraagt als je nadenkt over zichtbaarheid op het internet: voor wie zend ik welke boodschap uit? En ten tweede, hoe doe ik dat het effectiefst? Nou, dat had Madlen zich ook al afgevraagd, maar ook zij liep tegen de Khmer-muur aan. Men wilde het liefst morgen al die webpagina. Vragen over de server en database waren maar lastig of werden helemaal niet beantwoord. Tamelijk essentieel, want zonder die informatie kan je alleen maar dromen van een nieuwe webpagina.
In dat gesprek kreeg ik en passent nog wat interessante informatie over de begroting en financiële verantwoording. Iets met 70% overheadkosten en de inkomsten uit het vrijwilligersproject (een echte melkkoe voor SK) waren helemaal buiten de officiële boeken gehouden. Toevallig of niet, volgende week word ik verwacht op een miniconferentie over financiële betrouwbaarheid. In principe bere-interessant, maar waarschijnlijk moet de geldpot van de organisator leeg, dus veel blabla in het vooruitzicht. Voor mij het perfecte excuus om zonder te veel argwaan te wekken de financiële rapporten van SK op te vragen.

Voor de rest had ik al mijn aanbevelingen al klaar, dit gaf ongetwijfeld meer verdieping. Want begrotingen en financiële verantwoordingen zeggen vaak meer over een organisatie dan woorden. Nou, die kon ik krijgen, waarschijnlijk maandag. Waarop ik zei dat ik dan thuis wat anders ging doen, omdat ik zo goed als klaar was met wat men mij gevraagd had te doen (en meer dan dat). Gefronste wenkbrauwen, en de vraag of ik dan zou stoppen met werken voor SK?
Duimendraaien kan ik thuis beter, bovendien zonder al die kleren aan, maar ik zei dat ik een opdracht had gekregen, en dat die bijna vervuld was. En als er ander werk was: graag, maar dat is niet aan mij, maar aan SK. Toen ik mijn spullen ging pakken was de administratief medewerkster van ‘mijn’ project ineens spraakzaam geworden en wilde van alles weten over mijn opmerkingen. En plotseling bleek er voor een andere donor wél een nul-rapportage en een eindrapportage te zijn gemaakt (één van mijn aanbevelingen). Ook die maar opgevraagd. Maar zoals zo vaak, de eenvoudigste handelingen (het versturen van wat bestanden zodat je voort kunt), duren het langst. Maandag dus.
Dinsdag dan het gesprek met de directeur (het culturele mijnenveld bewandelen), en daarna komt toevallig de Raad van Bestuur bijeen, wellicht kan ik aanschuiven. En dan eens zien of er daarna nog werk voor me is, of dat ik tóch op een landmijn ben gestapt.
Het Noodfonds voor LHBTI’s met hiv
En dan die andere poot van mijn werkzaamheden. Zoals bekend ben ik op bezoek geweest bij Leaksmey, om haar een maand vooruit te helpen na die politie-actie in het kader van ‘clean the city‘. Nu is dat soort noodhulp afhankelijk van toevallig aanwezige mensen met dollars in hun portemonnee. En daarom was de wens van Virak om een donation box voor de hiv-positieve MSM en TG’s op te richten ook zo slecht nog niet.
Dit hóeft niet superveel tijd te kosten, op mijn advies verzoeken we een gerenommeerde verwante NGO een bakrekening te openen en de bevoegdheid aan een klein comité te geven om te beslissen over verzoeken om financiële bijstand. Zo hoeft er geen nieuwe NGO opgericht te worden, is het geld in veilige handen en houden we de bureaucratie buiten de deur. Naast noodhulp ga ik proberen om ook zaken die perspectief verbeteren te vergoeden, zoals bijvoorbeeld cursussen en opleidingen.
Zodra KHANA ingestemd heeft met het openen van een bankrekening en de doelgroep en doelen omschreven zijn, kan een inzamelingsactie gestart worden. COC Noordoost Brabant heeft al toegezegd om mee te werken. En ook lokaal worden ondernemers aangesproken, zodat het initiatief ook hier gedragen wordt. Met dat geld kan dan in geval van nood voedsel, onderdak of medische hulp bekostigd worden. Of in een enkel geval juridische bijstand en hopelijk ook scholing, zodat de allerkwetsbaarsten een beetje perspectief hebben op een bestaan na de prostitutie.
Daarnaast help ik Virak met het schrijven van een fondsenwerfplan om hem aan een collega te helpen zodat nóg drie provincies met een relatief grote aanwezigheid van hiv-positieve MSM en TG’s toegevoegd worden aan het netwerk van CPN+. Het gaat om relatief grote grensplaatsen met casino’s, een magneet voor het sekstoerisme, en dus voor de doelgroep van Virak’s werkgebied. Hiervoor is structureel op jaarbasis niet meer dan $6.000,- nodig voor salaris, opleidingskosten van vrijwilligers in de provincie en voor de activiteiten. Een schijntje eigenlijk.
De markt als martelgang: kleding kopen

Vandaag heb ik me voor de zoveelste keer begeven naar een markt, dit keer naar de Centrale Markt (Psah Thom Thmey) op jacht naar wat eenvoudige t-shirts. Vroeg, want het is al snel te heet om hier buiten wat te ondernemen, en ik word al steeds bruiner in mijn gezicht. Vandaag veel corpulente agenten overal langs de kant van de weg om lukraak mensen naar de kant te fluiten om zo hun maandsalaris aan te vullen. Corpulent is in dit geval bewust cynisch gezegd. Tegenwoordig mogen ze om corruptie tegen te gaan de helft van een bekeuring in eigen zak steken. Dit is natuurlijk de omgekeerde wereld, een fatsoenlijk salaris betalen zou beter helpen, maar het geld daarvoor zit al in de zakken van de hoge omes van het regime.
Dit belet de agenten niet om soms in plaats van de maximale anderhalve dollar boete 5 dollar te vragen. Iets waar een onwetende, geïntimideerde toerist intrapt. Vandaar dat ze er zo weldoorvoed uitzien, i.t.t. tot de landgenoten die ze aanhouden. Want een dikke landrover met een kenteken van de overheid mag natuurlijk doorrijden.
Ik ben uiteraard weer onverrichter zake thuis gekomen. Ten eerste moet ik iemand meenemen omdat ik simpelweg niet in de wieg ben gelegd voor het winkelen. Nu loop ik langs al die winkeltjes, hoe langer het duurt des te apathischer ik word. Ten tweede omdat ik die blingblingmerken al niks vind, laat staan die imitatieblinblingmerken. En ten derde: als de verkoopster zegt “I have big si sir” (het hele woord size lukt niet hier), en ze komt met een XL aanzetten, dan nog pers ik mijn toch nog best wel slanke lichaam er met veel pijn en moeite in. En na 5 pogingen vind ik het dan wel weer welletjes. XL hier is gelijk aan XS bij ons. maar maak ze dat maar eens wijs hier.
Tot slot nog een leestip, voor wie meer wil weten over hoe het toch zo ver heeft kunnen komen met Cambodja. Ik leer er veel van, en het beschrijft niet alleen de huidige situatie, maar ook de voorgeschiedenis van de donorafhankelijkheid en wat dat met de bevolking doet: ‘Aid Dependence in Cambodia: How Foreign Assistance Undermines Democracy‘ door Sophal Ear. Het is echt niet alleen droge theorie, het begint met een aangrijpende beschrijving hoe hij met zijn moeder is gevlucht uit het Cambodja van de Rode Khmer.