Als het aan de SP ligt zal er vrijdag duidelijkheid komen over het onderzoek naar de gevolgen voor de volksgezondheid van de intensieve veehouderij. Daarvoor heb ik vandaag een interpellatiedebat aangevraagd.
Geachte voorzitter,
Bij dezen dien ik een verzoek in tot het houden van een interpellatie tijdens de Statenvergadering van vrijdag 13 februari over de gang van zaken rond het (mogelijke) onderzoek naar de gevolgen voor de volksgezondheid van de intensieve veehouderij.
In de PS-vergadering van december 2008 beloofde Gedeputeerde Rüpp, PS te informeren over de voortgang van het ambtelijke overleg met het Rijk aangaande een mogelijk onderzoek naar de gevolgen voor de volksgezondheid van de intensieve veehouderij. De Gedeputeerde heeft onze Staten steeds keurig op de hoogte gehouden van de actuele ontwikkelingen.
Na ambtelijk overleg met het Ministerie van LNV is het nu aan het Ministerie van VWS om een onderzoeksvoorstel van de GGD in overweging te nemen.
Echter, hiermee is nog steeds niet de zo gewenste duidelijkheid geschapen die de maatschappelijke onrust kan beteugelen. En juist die steeds maar groeiende onrust over de mogelijke gevaren voor de gezondheid van omwonenden van intensieve veehouderijbedrijven vraagt om een snel en duidelijk antwoord. Van het Rijk of van de Provincie.
Om de Brabantse burger de duidelijkheid te verschaffen waar zij recht op heeft, vraagt de SP-fractie GS om antwoorden op de volgende vragen:
- Is er een termijn afgesproken waarbinnen het Ministerie van VWS uitsluitsel geeft over het al dan niet inwilligen van de onderzoeksvoorstellen van de GGD?
- Hoe schat u de kans in dat het Ministerie van VWS positief reageert op de onderzoeksvoorstellen van de GGD?
- Is uw inschatting dat op korte termijn voornoemde onderzoeken opgestart worden? Zo ja, op welke termijn?
- Bent u bereid toe te zeggen dat indien het Ministerie niet binnen twee maanden na nu groen licht geeft aan de GGD om met de voorgestelde onderzoeken te starten, de Provincie Noord-Brabant dit op zich neemt? Zo nee, waarom niet?
Vriendelijke groet,
Ron van Zeeland
greijmans
10 feb 2009beste heer van Zeeland,
in de problematiek van risico’s voor de volksgezondheid is in het kader van de reconstructie herziening en reconstructie plan
in hoofdzaak aan het ministerie van volksgezondheid schriftelijk gevraagd antwoord te geven op de vraag: uit welke wetenschappelijke onderzoeken of studies wordt aan getoond dat de risico’s voor de volksgezondheid minder zijn dan ten tijde van de 33 e Herziening van het bestemmingsplan buitengebied van Someren
reden is dat de Raad vanState in de beroepsprocedure zelf in de zaak voorzien en aangegeven dat stankcirkels niet aan de bezwaarmaker konden worden aangerekend .
de provincie heeft toen als verweer aangedragen dat op basis van de risico’s voor de volksgezondheid het niet verantwoord werd geacht er een recreatieve bestemming toe te staan.
zolang vws/vrom/lnv geen antwoordt op de gestelde vraag hebben gegeven blijven LOG’s
discutabel.
eerst zal het antwoord er moeten zijn voordat er nieuw beleid kan komen waarbij volksgezondheid in gevaar komt.
Nu er beslist moet worden of de provincie zelf de LOG’s gaat exploiteren handelt zij daarmee in strijd met de zorgvuldigheid die zij in acht dient te nemen en schendt zij de rechten van de individuele burgers.
wil je in het belang van die burgers aandacht besteden in de afweging bij de besluitvorming.